zaterdag 8 maart 2008

09.03.2008: dag 237: Ubud




Zondag.
Een voormiddaguitstapje naar Goa Gajah en Yeh Puluy, enkele kilometers buiten Ubud is onze enige bezigheid vandaag. Met de bemo zijn we er in enkele minuten; we betaalden teveel voor het ritje ...
We verwachten een ticketje voor de inkom tot de rituele vijvers en grot van Gajah. Pas na aandringen worden de papiertjes uit het boekje gescheurd en afgeleverd door de man in het hokje. Hij wilde de onverwacht vroege opbrengst al meteen in het klassieke borstzakje laten verdwijnen.
Glibberige stenen trappen leiden naar een dicht begroeide kloof, tussen de bamboe en aan de voet van een enorme banjanboom bevinden zich enkele wasbekkens met stenen vrouwenfiguren die een kruik voor de borst houden waaruit constant helder water in een ommuurde vijver stroomt. De zware blokken zijn begroeid met mossen. Een grotopening in de vorm van een demonische open muil geeft toegang tot enkele donkere nissen waarin boeddhabeelden staan. Hmm: interessant! Het vettige aarden paadje loopt verder en volgt de smalle vallei. Een beekje stroomt diep beneden in de dichte rimboe. Het is vochtig warm, de zonnestralen geraken niet zo diep in de kloof. Enkele vrouwen doen de was in eeuwenoude stenen wasbakken. We geraken stilaan het spoor bijster en klauteren een aantal trappen omhoog en uit de groene wildernis. Waar is Yeh Pulu nu? We zoeken onze weg verder in een dorp. Resten van verbrande Ogoh ogoh’s liggen in de straat op hoopjes bijeengeveegd, Een jonge man begeleidt ons verder over de dijkjes van rijstvelden en hoge grassen terug in het ravijn langs struiken waarin handgrote spinnen hun weg hebben gespannen. Primitieve bas-reliefs van een antiek boeddhistisch heiligdom tegen een vlakke rotswand worden zichtbaar. De rijstvelden grenzen aan de uitgehouwen rotswanden. Hmm: weer interessant! Een oude vrouw houdt de plaats zuiver en vraagt om een bijdrage. Terug op de grote weg springen we opnieuw in een passerende bemo en stappen terug uit aan de Goa Gaja. Er zou nog een mooie wandelweg naar andere rijstterrassen lopen maar al gauw eindigt ook dit pad bij een bordje ‘Privaat: verboden toegang!” We hebben er schoon genoeg van om steeds opnieuw op een dood spoor te eindigen en dezelfde weg terug te moeten lopen. Je kunt nergens naar links of naar rechts: diepe, onoverbrugbare en onzichtbare kloven lopen parallel met de wandelwegjes. De kaarten in ons boek zijn waardeloos! Een jong koppeltje met dezelfde kaart doen we eveneens rechtsomkeer maken. Een bemo rijdt ons terug naar Ubud, en nu betalen we wel de juiste prijs!
Het bier staat koud en de ‘kip cordon blue’ is in een wip klaar in restaurant “Balina”.
Ruben gaat namiddag naar de kapper. Jasmien en Kristien zijn al aan les achtentwintig in de Spaanse cursus. In de tempel worden hanengevechten gehouden!
Het zwembad heeft succes in dit warme weer. We mogen van de huisbazin gratis gebruik maken van deze faciliteiten in een andere – meer luxueuze vestiging van onze homestay.

Geen opmerkingen: