zaterdag 1 december 2007

01.12.2007: dag 138: Kathmandu



Het werd gisteren al aangekondigd: een deel van Durbar square werd ontruimd en ondoorzichtige zeilen werden rond een afgebakende zone geplaatst. Deze morgen is het duidelijk wat er staat te gebeuren: rode vlaggen met hamer en sikkel worden op de afrastering gebonden, tenten worden opgezet, het podium staat er al van gisteren. De Maoistische partij houdt een grote meeting.
Al vroeg loopt het plein vol; vrouwen in rode sarongs, mannen met rode linten rond de borst en verder gewone families met kinderen. Dit is geen obscure beweging meer maar een grote volksbeweging die in het hol van de leeuw en heel openbaar tonen dat zij bestaan en dat de huidige machthebbers er maar beter rekening mee kunnen houden. Er volgen enkele matte politieke toespraken door de twee grijze partijbonzen die nadien met in een zwarte Mercedes (!) met rode standaard de meeting verlaten. Een paar jongeren roepen wat slogans maar veel navolging is er niet. Ze geven het uiteindelijk op. Daarna volgt vertier en vermaak met het optreden van een zanger, genre Willem Vermandere, begeleid door een trommelaar; het publiek klapt beleefd. Veel meer belangstelling heeft de gaarkeuken; daarvoor zijn de meesten komen opdagen. Grote aluminium ketels en potten staan op het vuur te pruttelen en even later wordt het middageten opgediend: de mensen schuiven netjes aan en krijgen op een bordje een portie ‘dahl bath’ of de klassieke Nepalese dagschotel van rijst en een groentencurry, gesponsord door de Communistische Partij en betaald met de opbrengsten van de stichting “Vrijwillige Dotaties Van De Toeristen Op Trektocht Rondom De Annapurna" of kortweg de “VDTOTRDA” Een ander tafeltje serveert melkthee. Als je de harten van de bevolking wil winnen moet je eerst hun magen vullen ...
Ik kan nog net de neiging onderdrukken om mee aan te schuiven, mijn rode recuutje in de hoogte wuivend om aan te tonen dat ik het meeste recht heb op een portie rijstcurry en een bekertje thee; als gulle sponsor is dat wel het minste dat ik mag opeisen ... Ik zie echter geen andere toeristen tussen het volk en ik blijf dan maar aan het raam zitten kijken hoe de kameraden eten.
Politie is heel discreet aanwezig en ook het leger heeft er een tiental soldaten ingezet om aan te geven dat zij de facto de baas zijn in Kathmandu.
Het lijkt allemaal vriendelijk, beschaafd en onschuldig; een beetje zoals de samenkomsten die wij in België ook kennen: gezellige gezinspicnics van de CD&V aan zee of het bejubelen van het eigen volk in Bobbejaanland met de vrienden van het Vlaams Belang.
In de late namiddag is het eten op en de meeting eveneens afgelopen. Het plein ziet een beetje uit als na een technofuif: in plaats van bierblikjes en verloren xtc-pillen liggen rondgestrooid bordjes met resten rijst en linzen, lege theebekertjes en vertrapte papieren met de toespraken van de grote leiders.
De afbraakploeg en de vegers staan al klaar. Straks wordt het plein weer door de toeristen opgeëist.

Geen opmerkingen: