vrijdag 14 september 2007

14.09.2007: dag 60: Tanjore-Coimbatore


Onze trein vertrekt pas om drie uur in de namiddag: we hebben dus een vrije voormiddag. Sander herhaalt psychopedagogie, Ruben stelt vast dat een computer ook andere toepassingen heeft dan spelletjes spelen: hij begint met de nieuwe cursus van informatica en Jasmien oefent Franse vocabulaire. De laptop staat op een tafeltje in de gang van het hotel, de enige plaats waar een windje de vochtige warmte enigszins draaglijk maakt. De schoonmaker kijkt een beetje verbaasd toe wat die jongen daar doet met dat vreemde toestel.
We hopen met zijn allen dat de trein van een betere kwaliteit zal zijn dan de vorige. Op het voorziene uur rijdt de diesellocomotief het station van Tanjore binnen. Mooie, propere en brede wagons met comfortabele zetels. Dit wordt een plezierritje van zes uren …
Honger hoef je niet te lijden: verkopers van koffie, thee en snacks allerhande lopen de wagons op en neer en als reserve hebben we een tros bananen van twintig stuks.
De trein houdt er behoorlijk de vaart in met nu en dan een stop onderweg in een kleine stad.
Van op de weg lijkt het alsof heel India compleet volgebouwd is, maar vanaf het spoor krijg je een heel ander beeld: grote open ruimten, akkers, landbouwgebieden, kleine dorpjes waar het leven rustig zijn gang gaat.
Wat een relaxe manier van verplaatsing is dat in vergelijking met de lawaaierige bussen en de miserabele wegen tot hiertoe.
Op tien uur en in het donker sjokken we het station van Coimbatore binnen: een grote industriestad stad zonder enige bezienswaardigheid. Het lijkt hier allemaal wat rijker en meer georganiseerd, er is zelfs een zebrapad voor voetgangers! (niet dat daar iemand mee rekening houdt)
We vinden meteen onderdak in een hotel tegenover het treinstation. Als je één budgethotel in India hebt gezien heb je ze meteen allemaal gezien: grote sombere betonnen constructies met ronkende namen als plazza en palace, maar niet meer dan vierkante “Standardrooms” of kamers van drie bij drie meter, stenen vloer, geverfde kale muren, twee eenpersoonsbedden met harde matrassen, een proper onderlaken, een piepkleine badkamer met wc en douche met meestal koud water. Soms een rekje, een stoel en een klein tafeltje. Het enige getraliede raam geeft meestal uit op een donkere gang of met wat geluk naar buiten.
Aan het plafond hangt een grote ventilator die met veel lawaai voor de nodige koelte zorgt. Kale neonbuislampen zorgen voor de sfeerverlichting. Op de deur een hangslot.
Gewoonlijk hebben we twee kamers nodig aangezien we met zijn vijven zijn. Voor een kleine meerprijs krijg je een extra bed: een matras op de grond op kleine beetje plaats dat nog vrij is. Sander - de paria - wordt gewoonlijk naar deze plaats verwezen omdat hij ’s nachts zelfs in twee bedden plaats tekort heeft …
Wij kiezen vanavond voor de “Deluxerooms”. Deze hebben een tv als toegevoegde waarde.
“Super Deluxerooms” bieden ook airco.
We mogen morgen uitslapen: er zijn genoeg bussen naar Ooty: een “hillstation” of de heuvels waar vroeger de Britten en vandaag rijke Indiërs en minder rijke rugzaktoeristen naar toe trekken omwille van het koele klimaat. Morgen verwachten we twintig graden overdag en tien graden ’s nachts! Bij deze formidabele gedachte is het moeilijk de slaap te vatten …

Geen opmerkingen: