zondag 13 april 2008

11.04.2008: dag 270: Lijiang - Tijgersprongkloof






De Chinese chauffeur meldt zich stipt op tijd in de jeugdherberg. We reizen in stijl vandaag met een prive-minibusje, de makkelijkste manier om de afstand naar Qiatou te overbruggen. Gedaan met gladde wegen, de tachtig kilometer is kapot asfalt, grind en om de haverklap herstellingswerken; een vervelende rit van drie uren, bovendien is de ophanging van het busje totaal versleten en voelt iedere oneffendheid in de weg aan als een kuil. Op het Chinese platteland is er minder evolutie dan in de grote steden: armoedige dorpjes, huisjes met een erf en stallingen in een of twee etages zonder comfort in leemblokken en pannendaken. Hard labeur in de velden, iedere familie heeft tegenwoordig een stuk grond die in eigen beheer bewerkt wordt. Op glooiende akkers bloeit koolzaad, aardappelen worden geplant. Op terrassen staat gerst en tarwe. langs de weg verkopen meisjes bakjes aardbeien.
We rijden de diepe vallei binnen waar de rivier stroomt. De besneeuwde bergtoppen van de Haba-keten worden zichtbaar. Qiaotou is een stadje aan de voet van de bergketen en aan de ingang van de Tijgersprongkloof, een immense ravijn tussen twee bergketens. Er leiden twee wegen door de canyon, de eerste is een betonweg, uitsluitend gebruikt door bussen die met tientallen per dag Chinese toeristen naar de verschillende uitkijkpunten vervoeren. De alternatieve weg is een oude theeroute hoog tegen de berghellingen: dat is onze weg. Jane's restaurant is de enige plek om nog wat krachten op te doen vooraleer het eerste stuk van de trekking aan te vatten. Kilometerpaal 194 markeert de plaats waar de trektocht begint. Het is al vrij laat op de dag als we het pad naar omhoog ingaan. De kaarten spreken elkaar tegen; afstanden en tijden zijn verschillend; we geraken vandaag zeker niet meer tot de Half Way Lodge.
De kloof is de diepste ter wereld, zestien kilometer lang en bijna vierduizend meter diep vanaf het niveau van de rivier tot de sneeuwtoppen van de Haba. We plannen twee overnachtingen onderweg. Het is vroege namiddag en de zon schijnt ongenadig op onze ruggen, de weerkaatsing op de rotswanden en het stoffige pad maakt stappen mnoeilijk. Wer vorderen maar traag, onze conditie is niet optimaal, Sander en Ruben daarentegen lopen al ver voorop. We hebben voorlopig niet veel oog voor de prachtige uitzichten op de volledige bergketen. Een Chinees met muilezel volgt ons spoor; hij kent zijn pappenheimers; er is altijd wel een zwakke westerling die opgeeft en een muilezel nodig heeft. We laten ons niet kennen en ploeteren dapper voort. De jongens dragen de twee rugzakken met essentiele dingen zoals heel onze voorraad warme kleren: erg nuttig in volle zon en dertig graden; dat hebben we weer goed ingeschat ...
We hebben te weinig drankwater bij; de twee flessen zijn al na een half uur leeg. Er scheelt iets aan onze voorbereiding vandaag.
Het Naxi Guesthouse is niet meer veraf. Perfect gelegen op een helling en met uitzicht op de kloof en de Haba. Stop! Verder gaat niet meer vandaag.
We ploffen neer en laten alle vloeistoffen aanrukken die voorradig zijn. De uitbaatster spreekt Engels en dat vergemakkelijkt onze noden en wensen. Chinees en muilezel stappen hier ook af. De man zet zich voor een grote kom noedels. We kijken afwachtend naar elkaar en zeggen niets.
De kamertjes zijn van hout, de bedden proper en het dekbed is zwaar en warm.
Op de binnenplaats hangen in bundels gele maiskolven te drogen op rekken; voorraad voor de winter. Er hangen foto’s van Michael Palin tegen de houten wand van de keuken; hij kwam hier ook langs enkele jaren geleden. Op het dak staan zonnepanelen die warm water voor de douche leveren. We houden ons de rest van de dag bezig met kaartspelen en domino; de elektronische spullen lieten we achter in Lijiang.
Het avondmenu is beperkt: waterige pompoensoep, gebakken rijst en slappe groene thee naar believen.
We liggen al vroeg onder het dekbed. In het donker komt nog een groepje Amerikanen het guesthouse binnen. Eentje spreekt perfect Chinees.
Morgen vroeg op voor een lange tocht naar Tina’s.

Geen opmerkingen: