maandag 13 augustus 2007

13.08.2007: dag 28: Wadi Rum-Dahab


Als de zon opkomt lijkt het alsof de rotsen in ons natuurlijk amfitheater tot leven komen: de sombere grijze kleur van de nacht wordt geleidelijk terug licht roze, de schaduwen worden kleiner: voortekenen van een nieuwe hete dag. Na de thee is het tijd om verder te trekken.
Om zeven uur is er een bus naar Aqaba, de havenstad in het zuiden van Jordanië. We wisselen twee keer van pick-up vooraleer we afgezet worden aan de passagiersterminal voor de boot naar Egypte. We trakteren onszelf op de dure maar snelle speedboot: deze vaart naar de overzijde in een uur. De trage ferryboot doet er drie keer zo lang over.
De moderne boot zit vol: enkele toeristen, mannen met lange baarden in lange witte gewaden, zwart gesluierde vrouwen, de beautycase op de schoot; grote gitzwarte ogen die je aankijken. Voor het middaggebed knielen de mannen in het salon richting Mekka en zeggen hun gebeden. De Rode Zee is rustig; aan onze linkerzijde glijden de hete onherbergzame heuvels van Saudi Arabië langzaam voorbij, de video speelt de animatiefilm “A bugs life” en vooraleer we er erg in hebben meert de ‘Sea Princess’ om 14 uur aan in Nuweiba.
De paspoortprocedure heeft de Egyptische politie al in de boot afgewerkt, we moeten nu alleen nog een chaotische stormloop naar buiten trotseren en een zoektocht ondernemen naar onze bagage. We vinden onze rugzakken in een hal midden in een gigantische hoop andere bagage.
Onze rugzakken lijden erg onder deze ruwe behandeling: verschillende onderdelen zijn al kapot en de naden komen los: onze straf voor deze aankoop van namaak in Thailand vorig jaar. Als dat zo verder gaat, vallen deze rugzakken binnen de kortste keren als vodden uit elkaar.
Na nog een ritje van een uur komen we in de vooravond eindelijk aan op onze eindbestemming: Dahab, een badplaatsje aan de Rode Zee. Hippies kwamen in de seventies hier massaal naar toe voor de goedkope hasj, love and peace. Deze tijden zijn verdwenen maar het hippe karakter blijft. Het strand is niks bijzonders maar deze wateren zijn vooral bekend voor hun koraalriffen en wondere onderwaterwereld. We verwachten hier morgen dus vele en vooral kleurrijke visjes te ontmoeten.
Ons hotel hebben we al eerder via internet geboekt en wij worden alweer verwacht: 3 kleine kamertjes vlak aan zee.
We zijn dringend aan een langdurige douche toe want het is al van Petra geleden dat we nog eens water gezien hebben, en dat begin zo zijn geursporen na te laten in deze hitte.
Jasmien en Ruben zijn al wat gaan snorkelen in het rif en rapporteren enthousiast over het kleurrijke onderwaterleven. Sander klaagt van wat buikpijn.
Morgen kunnen we alleszins uitslapen en staat er niets zinvols op het programma en nemand heeft daar enig bezwaar tegen.
De vorige dagen waren erg vermoeiend en het is dus tijd dat we hier enkele dagen pauzeren en ‘chillen’, zoals de jongens zeggen.

Geen opmerkingen: