zaterdag 7 juni 2008

07.06.2008: dag 327: Llamacoral - Huaraz








dag 4: trekking Santa Cruz
We moeten om zes uur uit de veren: taaie Hipolito brengt het materiaal met de ezels naar het eindpunt van de trektocht en wil vandaag nog helemaal terug tot aan de voet van de Punta Union terugkeren om morgen naar zijn dorp terug te gaan. Wat een hard leven voor tien dollars per dag. De donkere man onder de breedgerande hoed is een wat mistroostig stil en behulpzaam figuur die opgaat in de omgeving rondom hem. De afdaling verloopt steil en volgt de Santa Cruz - die ondertussen een volwassen rivier is geworden. Een man komt ons tegemoet en leidt een ezel die geladen is met een gasfles. Energie komt in deze gebieden niet uit de muur, twee jongetjes verstoppen onder hun trui een onderdeel van een jachtgeweer. We naderen de bewoonde wereld. Een recente aardverschuiving van huizenhoge rotsen getuigt dat deze bergen leven en altijd opnieuw gevormd worden. De vallei wordt een smalle kloof en onverwacht duiken een paar huisjes op. In het zicht verschijnt Cachapampa, een rommelig dorp en nog verder ligt de brede hoofdvallei, bewerkte velden met in de diepte de hoofdweg naar Huaraz. We zijn behoorlijk content de eindstreep gehaald te hebben maar de beschaving met zijn vervuiling, auto’s en lawaai komt toch wat bruusk. Materiaal wordt overgelaten in een klaarstaand busje aan een cafeetje. Binnen in de donkere kale ruimte speelt een man op de harp en zingt een melancholisch Peruaans deuntje over ‘amor’ en ‘corazon’. Het stinkt er naar verschaald bier. Biggetjes scharrelen op het erf. Tegen de buitenmuur hangen een paar opgezette papegaaien tegen de muur geprikt. Hipolito zet zich buiten aan tafel voor een groot bord rijst en een stuk kip. Hij vertrekt zo dadelijk helemaal terug naar Vaqueria. Hij wuift ons glimlachend met een klein handgebaar uit. Binnen enkele dagen staan er weer een groepje trekkers klaar die ezels nodig hebben ...
De rit naar Huaraz duurt toch nog meer dan twee uur en volgt een piste totdat we de hoofdweg oprijden. Langs Yungay - waar in 1970 twintigduizend mensen omkwamen bij een rampzalige aardverschuiving - bereiken we ’s middags het betonnen Huaraz. Na het afscheid van onze gids en trekgenoten gaat iedereen zijns weegs naar verschillende plaatsen in Zuid-Amerika. Wij zoeken ons hotel op, vinden de achtergelaten bagage in het berghok en rennen om ter eerst naar de warme douches.
We bezitten geen zuivere kleren meer en een berg van zestien kilo was gaat naar de wasserij waar de juffrouw belooft dat alles vanavond nog proper gewassen en gedroogd zal zijn; we zijn nog net op tijd want morgen is het zondag en sluitingsdag. Dat zou pas een ramp zijn geweest ...

Geen opmerkingen: