zondag 25 november 2007

13.11.2007: dag 120: Chame - Upper Pisang



Weeral een erg koude nacht onder het zinken dak in onze houten bungalow. Deze morgen schaffen we ons nog wat fleece rolkragen aan. Jasmien is gelukkig wat beter; ze lacht tenminste bij de keelpijn en ze voelt zich fit genoeg om verder te gaan. We wandelen Chame uit via de muur met gebedsmolens. We laten ze allemaal draaien, je weet maar nooit waar het goed voor is. Onderweg passeren we enkele typische Tibetaanse dorpjes met huisjes in natuursteen en met platte leien daken. Gebedsvlaggen wapperen furieus in de koude wind. We hebben Nepal verlaten; we trekken Tibetaans gebied binnen. De lucht wordt steeds ijler en er hangt een geur van dennenappels in de lucht. Vele bomen worden gekapt om trekkershutten en guesthouses van te bouwen. We stappen een enorm gletsjerdal binnen. De bergwanden zijn glad van het ijs dat duizenden jaren geleden naar beneden schoof. Een adembenemend uitzicht volgt op de Langtang en de achtduizend meter hoge Annapurna II en IV. Het pad eidigt in een brede vallei met hier en daar wat pijnbomen. De eerste yak verschijnt ten tonele. We hebben de drieduizendmeterzone overschreden. Een klein meertje zorgt voor drinkwater voor loslopende paarden. De omgeving is drastisch veranderd. Het lijkt alsof we in een ander land zijn beland.
De groep trekkers die de route bergop volgt begint stilaan in de plooi te vallen: we komen iedere dag dezelfde vermoeide gezichten tegen. Een groepje Britten van middelbare leeftijd die 's morgens als eersten wakker zijn, een constant tetterende Spanjaard die geen woord Engels spreekt en iedereen, incluis de Nepali in het Spaans toespreekt, met algemene hilariteit als gevolg, een eenzame Hollander, een drietal Duitsers en twee Hasselaars. Net zoals in een wielerkoers wisselen de posities, over het algemeen zitten we in de koppositie en bereiken we meestal als eersten de lodges voor de nacht. En vandaag is dat niet anders in Upper Pisang en genieten wij als eerste van een ijskoude douche ...
Beneden ligt Lower Pisang. Vanuit onze kamer hebben we een magistraal zicht op de volledige Annapurna II: acht kilometer berg in al zijn glorie; wie kan dat zeggen dat hij vanuit het slaapkamerraam een van de hoogste bergen ter wereld als buur heeft?
De keelpijn bij Jasmien wil maar niet echt verdwijnen.

foto volgt

Geen opmerkingen: