zaterdag 23 februari 2008

18.02.2008: dag 217: Bali – Flores (1)



Om drie uur in de namiddag vertrekt het Pelnischip “Awu” uit de haven van Benoa in het uiterste zuidpuntje van Bali. Ik wil weten of het schip geen vertraging heeft maar op het telefonische informatienummer is niemand op post; van service heeft men bij Pelni nooit gehoord. We wagen het er dan maar op en presenteren ons aan de pier waar het zeeschip inderdaad aangemeerd ligt. Het vertrek is voorzien zoals gepland. We stappen de brug op via een lange trap vanop de kade en we krijgen op dek vijf onze tweede klaskajuiten toegewezen door de purser. Kristien en de kinderen in een vierpersoonskabine met douche en toilet en ik logeer ernaast; de kajuit is leeg en ik heb de vier bedden voor mezelf. Gelukkig kochten we geen ticket voor de ‘ekonomikelas’: een onverluchte slaapruimte ingericht als een zaal met kale houten platforms waarop een paar honderd passagiers de nacht gaan doorbrengen. Het ziet er nu al uit als een puinhoop: mensen laten hun afval en etensresten op de grond achter, draagtassen, koffers, zakken en kisten liggen her en der op de grond verspreid.
In de oostelijke eilanden is blijkbaar een tekort aan fruit en groenten: vrachtwagens volgeladen worden gelost en houten kisten met tomaten, kolen, watermeloenen en jonge mangoboompjes worden door dragers naar de buik van het schip gedragen.
Het inladen loopt uit; er komen steeds nieuwe vrachtwagens aangereden. Om vier uur worden de trappen weggeduwd en de trossen gelost en traag verlaten we de haven van Benoa. Gezinnen met kinderen wuiven - zoals in de film - naar de achterblijvers op de kade. In de verte zien we de hoge surfgolven die op het strand van Sanur afstevenen. Het is een apart gevoel om op deze manier te reizen. De zee is rustig en het schip deint op het ritme van de golven in de tropische wateren van de Sundazee. We zijn de enige westerlingen aan boord en de enige passagiers in de tweede klas, de eerste klas blijft leeg.
Een officier in smetteloos wit met gele strepen op de schouders probeert een cent bij te verdienen door ons uit te nodigen in zijn privévertrek met tv, frigo en meer ruimte; voor vijftig euro mogen we zijn kajuit gebruiken; hij slaapt dan wel elders. “Neen dank u, we hebben al voldoende plaats enzo”. “Een andere tip misschien? Bij terugkeer moeten we een goedkoop ekonomiticket kopen en voor vijftig euro extra mogen we dan ook zijn kajuit gebruiken; wat denkt ge?” Corrupte officieren; het is allemaal heel gewoon in Indonesia ...
Om zes uur wordt er geklopt: onze purser wenkt: “dinner is served in the diningroom”.
We zijn als enige tweedeklassers ook de enige gasten in “Restaurant and Bar Bunaken”. De tafel is gedekt voor vijf. Op het menu witte rijst, gestoofde lever in pikante pepersaus, een gefrituurd visje en gekookte groenten, als dessert een stuk papaya en dit alles begeleid met een glas helder warm water. Drie kelners zijn van dienst; eentje voor het inschenken van het water uit een waterketel, de andere bedient en de laatste superviseert achter de toonbank. Jasmien, Sander en Ruben verlaten de tafel al na tien minuten. Een biertje misschien om alles door te spoelen? Jammer, maar dit is een alcoholvrij schip! Het leven kan soms zo oneerlijk zijn ...
Als ontbijt staat morgenvroeg meer van hetzelfde op het menu, maar de lever wordt dan vervangen door een eiercurry ... Nog drie keer te gaan ...
De gasten uit de derde klasse krijgen op vertoon van een maaltijdbonnetje een piepschuimen bakje rijst met saus aangeboden in de slaapzaal. Het ziet er daar nu uit als een zwijnenstal. De kakkerlakken zullen vannacht feesten ...
In de verte zien we in de nevels de vulkanen van het eiland Lombok. De havenstad Lembar is onze eerste stop vanavond. Het schip wordt verder volgeladen met kisten mandarijnen en balen sjalotten en look. Ze staan nu al opgestapeld op de wandelpromenade van ons dek. We kunnen er nog net aan voorbij. Na een uur loeit de scheepshoorn en zijn we voor de ganse nacht en morgen onderweg tot de volgende haven in Sumba.
De airco in onze kajuiten werkt maar op halve kracht en het is er zwoel en vochtig. Zachtjes worden we in slaap gewiegd. De deur van het badhokje klapt telkens open en weer dicht.
Om half acht zullen we gewekt worden voor een eitje met rijst. Yummy yummy ....

Geen opmerkingen: