maandag 30 juli 2007

30.07.2007: dag 14: Aleppo-Hama


We verlaten vandaag Aleppo, een stad volgestouwd met eeuwenoude geschiedenis. Met zijn vijven plus rugzakken in een kleine snikhete taxi naar de pullmangarage waar de luxe autobussen hun standplaats hebben. We zijn nog net op tijd om de laatste vijf tickets te kopen. Heerlijk fris in de bus met eersteklas service: een snoepje, een verfrissingdoekje en een steward die constant het gangpad afloopt en passagiers bekertjes met ijskoud water aanreikt.
Voor de prijs van één euro voor een rit van twee uren of 120 km in een luxe autocar moet je nu niet gaan bezuinigen.
In Hama hebben we een goed hotelletje gereserveerd: hotel Riad ligt midden in het centrum en dichtbij de rivier waar de beroemde noria’s of watermolens kreunen.
Net als de airco de kamer in een heerlijke koelte heeft gedompeld, valt de hele stad zonder stroom: ook hier is het normaal dat er geen elektriciteit is tussen drie en vijf uur in de namiddag, verontschuldigt onze vriendelijke Palestijnse hotelier zich. Goed, dan zweten we toch gewoon verder, we zijn dat nu toch gewoon. We voelen ons allemaal als een vers gekookt eitje.
In de aanpalende kamers liggen het halfdonker eveneens uitgeputte Koreanen en Australiërs te puffen en te wachten op betere tijden.
Vijf uur: terug stroom! Alle airco’s schieten luidruchtig in gang. Overal in de buurt juichen mensen en hoor je zuchten van verlichting; de luiken, deuren en ramen die de hele tijd open stonden worden meteen gesloten en iedereen trekt zich terug, binnen genietend van de koelte.
Buiten zijn de bakoventemperaturen wat gedaald tot een aanvaardbaar niveau en we gaan kijken naar de attractie van de stad. Al sedert de 4de eeuw draaien aan de rivier constant en traag een tiental grote houten watermolens met diameters variërend van 5 tot 20 meter. Je hoort ze al van ver kreunen. De kruisvaarders hebben indertijd, net zoals wij heel verbaasd gekeken naar deze reuzenraden. Onze water- en windmolens komen dus uit Syrië.
De grootste exemplaren zijn bijzonder indrukwekkend en op een bankje aan de oever genieten we van het vreemde kreunende geluid van de draaiing van de dikke houten as van de noria en het water via eeuwenoude aquaducten naar de nabijgelegen velden wordt getransporteerd. Ook irrigatie is een uitvinding van de Arabieren.
Jonge mannen proberen voorbijgangers te imponeren en laten zich mee omhoog trekken op het grote wiel tot een hoogte van 20 meter en duiken dan naar beneden in de rivier.
Families en jonge koppeltjes, de man in luchtige zomerse shirt en zijn dame van top tot teen gehuld in zwarte chador kuieren in de parkjes langs de stroom likkend aan een ijsje. Onze jongens en vooral Sander met zijn grote lengte en wilde bos haren is het middelpunt van ieders belangstelling en onderwerp van gesprek. “Zijn die heidense kruisvaarders nu weer teruggekeerd”? Gelukkig zijn ze deze keer slechts gewapend met een fototoestel.

1 opmerking:

Anoniem zei

Haha, Sander de kruisvaarder :D
Hopelijk hebben jullie het naar je zin!

Greetz!